Om digitale producten en diensten toegankelijk te maken voor mensen met een beperking, werd in 2019 de Europese Toegankelijkheidsrichtlijn gepubliceerd en breed aangenomen. Momenteel wordt deze richtlijn omgezet in Nederlandse wetgeving en zal vanaf 28 juni 2025 voor e-handelsdiensten gaan gelden.
Bekijk de video van het webinar: ‘Al klaar voor 2025? Toegankelijkheidseisen van e-handelsdiensten’. Of lees hieronder hoe de richtlijn voor e-handelsdiensten eruit gaat zien.
1: Producten en organisaties
Voor welke diensten geldt de richtlijn?
Deze richtlijn is bedoeld voor e-handelsdiensten (e-commerce) aan consumenten. Dat zijn diensten waarbij je online een overeenkomst sluit. Bijvoorbeeld verkoop via een webshop, of digitaal een contract aanbieden als verzekeraar of energieleverancier. Het gaat om de online verkoop van alle soorten producten en diensten, ook als die niet in de richtlijn staan. e-handelsdiensten van (semi)overheidsinstanties moet naast de bestaande toegankelijkheidswet ook voldoen aan deze richtlijn.
Wat zijn e-handelsdiensten?
Online verkoop is een e-handelsdienst. Er zijn veel soorten e-handelsdiensten. Hier volgen een aantal voorbeelden.
-
- Iets kopen in een webshop, bijv. kleding, boodschappen of cadeaus
- Iets kopen op een veilingplatform
- Iets kopen op een platform voor tweedehands spullen
- Een hotel of vakantiewoningen boeken
- Een ticket voor een concert kopen
- Een ticket voor het openbaar vervoer kopen
- Een vliegticket kopen
- Een reservering doen bij een restaurant
- Een contract afsluiten, zoals voor energie, water, internet etc.
- Een taxi bestellen
- Een cursus of training kopen
- Een digitaal muzieknummer kopen
- Een abonnement afsluiten
- Een verzekering afsluiten
- Een oppas of schoonmaakster inhuren
- Kansspelen, zoals loterijen en casinospelen
- Cryptomunten kopen/verkopen.
Wat zijn uitzonderingen?
De richtlijn geldt niet voor ondernemingen met minder dan 10 medewerkers en die minder dan 2 miljoen euro omzet hebben. De richtlijn geldt ook niet voor de dienstverlening van business-to-business.
Er geldt ook een uitzondering bij een fundamentele wijziging. Dat is bijvoorbeeld wanneer je een product of (onderdeel van een) dienst zo ingrijpend moet aanpassen, dat het product of de dienst daarmee niet meer doet waar het voor bedoeld is.
Tenslotte kan een organisatie zich beroepen op de onevenredige last. Dit bekijk je per eis van de richtlijn; je zult zoveel mogelijk van de richtlijn moeten uitvoeren. In de bijlage VI in de richtlijn staan uitgebreide criteria voor het bepalen of iets een onevenredige last is. Bijvoorbeeld als het organisatorisch en financieel veel meer kost dan het voordeel wat het personen met een beperking oplevert. Het ontbreken van prioriteit, tijd of kennis valt er in elk geval niet onder. Je kunt deze uitzondering ook niet gebruiken als je financiering krijgt voor het verbeteren van de toegankelijkheid van je product of dienst.
2: Wat moet er toegankelijk worden?
E-handelsdiensten moeten ervoor zorgen dat hun websites en (ondersteunende) diensten toegankelijk. Dat betekent dat mensen met een beperking zelfstandig een dienst of product kunnen kopen en dus het proces van zoeken, kiezen, inloggen en betalen zelfstandig kunnen doorlopen.
2.1 Wat is ‘toegankelijk’?
De European Accessibility Act (EAA) geeft geen strikte definitie van een toegankelijke dienst. Er is wel een Europese standaard voor toegankelijkheid (EN 301 549). Daarin staat onder andere dat overheden moeten voldoen aan de Web Content Accessibility Guidelines (WCAG). De WCAG richtlijnen zijn verdeeld over vier principes: waarneembaar, bedienbaar, begrijpelijk en robuust. In de EAA wordt daar regelmatig naar verwezen. Er staat ook dat deze vier principes relevant zijn voor de richtlijn.
2.1.1 De vier principes van toegankelijkheid
Waarneembaar betekent dat iemand die een zintuig mist, toch de informatie kan krijgen. Bijvoorbeeld ondertiteling bij een video voor iemand die slechthorend is. En bij plaatjes zet je een beschrijving voor mensen die niet of slecht kunnen zien. Wanneer je je (digitale) product Bedienbaar maakt, kan iemand het bedienen met verschillende hulpapparatuur. Bijvoorbeeld met een spraakinterface of toetsenbord in plaats van een muis. Begrijpelijk gaat bijvoorbeeld over makkelijke teksten, consistente navigatie en behulpzame foutmeldingen. Tenslotte betekent Robuust dat je dienst goed samenwerkt met hulptechnologie. Daardoor kan iemand tekst op het scherm laten voorlezen of snel van kop naar kop springen.
2.2 Richtlijnen voor dienstverleners
De EAA zegt dat dienstverleners aan de volgende richtlijnen moeten voldoen:
- Fysieke producten die gebruikt worden bij het verlenen van de online-dienst. Dit geldt niet voor producten die je verkoopt.
- Je website moet toegankelijk zijn. Dat betekent dat de site waarneembaar, bedienbaar, begrijpelijk en robuust is. Je kan hier de WCAG 2.1 richtlijnen voor volgen. Er zijn een paar onderdelen die niet toegankelijk hoeven zijn.
- Je legt uit hoe je dienst werkt en hoe die samenwerkt met bijbehorende producten. Je geeft ook informatie over de toegankelijkheidskenmerken van je dienst en met welke hulpapparaten het werkt.
Dat moet op deze manier:- De informatie wordt via minimaal twee manieren (zintuigen) aangeboden. Bijvoorbeeld via tekst en geluid.
- De informatie is (ook) beschikbaar in tekstformat (bijv. HTML), zodat die kan worden voorgelezen door hulpsoftware en dat lezers bijv. zelf het font kunnen aanpassen.
- De informatie is voor alle gebruikers waarneembaar. Bij een filmpje voeg je bijv. ondertiteling toe voor slechthorenden en een beschrijvende voice-over (audiodescriptie) voor slechtzienden.
- Je biedt een alternatief voor informatie die alleen te zien of te beluisteren is. Bijv. een beschrijvende tekst tonen bij afbeeldingen of grafieken.
- De informatie wordt op een begrijpelijke manier gepresenteerd. Dat betekent o.a. dat informatie in een logische volgorde en op een voorspelbare manier laat zien (zie ook WCAG 3.2.3 & 3.2.4).
- De informatie wordt gepresenteerd met voldoende contrast, een lettertype in geschikte grootte (zo groot als nodig is voor de gebruiksomstandigheden).
- De informatie heeft een aanpasbare letter-, regel- en alinea-afstand.
- Je ondersteunende diensten (zoals helpdesks en callcenters) moeten op een toegankelijke manier informatie geven over de toegankelijkheid van je dienst en met welke hulpapparaten je product of dienst werkt.
- Niet een eis maar een suggestie kan zijn om minimaal 2 contactopties aan te bieden. Bellen is geen optie voor iemand die doof is, en mailen kan lastig zijn voor iemand met een verstandelijke beperking.
- Zorg ervoor dat je personeelsleden zijn getraind zodat ze informatie en advies kunnen geven over het gebruik van de toegankelijke producten en diensten.
- Je maakt een toegankelijkheidsverklaring en publiceert die openbaar en op een toegankelijke manier, bijv. in de algemene voorwaarden.
- Beschrijf je dienst en hoe de dienst werkt.
- Beschrijf de manier waarop je aan de toegankelijkheidsrichtlijnen voldoet.
- Beschrijf hoe je er in je organisatie voor zorgt dat jouw dienst toegankelijk blijft.
- Je hebt procedures die garanderen dat de dienstverlening in overeenstemming met de toepasselijke toegankelijkheidsvoorschriften blijft.
- Als je dienst niet toegankelijk is: neem direct maatregelen om dit te herstellen, én meldt dit direct bij de bevoegde nationale autoriteiten.
2.2.1 Specifieke eisen aan e-handelsdiensten
- Zorg er als verkoper voor dat je toegankelijkheidsinformatie over het product doorgeeft, en deel deze informatie met de consument. Bijv. door in je webshop bij een product de toegankelijkheidsfuncties toe te voegen. De fabrikant moet deze informatie aanleveren.
- Een consument moet digitaal kunnen ondertekenen en dat moet waarneembaar, bedienbaar, begrijpelijk en robuust zijn.
- Identificatiemethoden (bijv. bij het inloggen of betalen) zijn waarneembaar, bedienbaar, begrijpelijk en robuust.
- Betalingsdiensten (zoals iDEAL, PayPal, Klarna, creditcard, kadokaart) zijn waarneembaar, bedienbaar, begrijpelijk en robuust.
- Bied je een dienst aan waarin iemand zich moet identificeren, een beveiligingsproces moet doorlopen (met bijv. een CAPTCHA of tweestaps-verificatie), of iets moet betalen, dan moeten die functies ook waarneembaar, bedienbaar, begrijpelijk en robuust zijn. Het toegankelijk maken houdt dus niet op in de ‘webshop’. Een voorbeeld hiervan is een app van een energieleverancier. Het inloggen hiervan moet toegankelijk zijn.
2.2.2 Overgangsmaatregel
Dienstverleningscontracten die voor 28 juni 2025 zijn afgesloten, mogen zonder wijzigingen doorlopen. Dit mag tot uiterlijk 28 juni 2030, tenzij het contract eerder afloopt.
Bron: European Accessibility Act (EAA)
Dit webinar werd mede mogelijk gemaakt door: