Sinds 2016 moet je assistentiehonden altijd toelaten. Oók als je een levensmiddelenwinkel of restaurant hebt.
Dankzij een assistentiehond kunnen mensen met een handicap of chronische ziekte meedoen in de samenleving. Ze kunnen bijvoorbeeld boodschappen doen of ergens koffie drinken. Er zijn verschillende soorten assistentiehonden. Dit zijn bijvoorbeeld:
- Blindengeleidehonden.
- Meldhonden voor epilepsie en diabetes.
- Hulphonden voor mensen die lijden aan een Post Traumatisch Stress Syndroom.
- Signaalhonden voor mensen met een auditieve beperking.
- ADL-hulphonden (Algemene Dagelijkse Levensverrichtingen).
Tips voor omgang met een assistentiehond
- Aai nooit een assistentiehond in tuig of met een rugdekje om. Een hond in tuig of voorzien van een dekje is aan het werk en mag daarbij niet uit zijn concentratie gehaald worden. Een slechtziende of blinde baas kan bijvoorbeeld door de afleiding zijn oriëntatie kwijtraken of ergens tegen opbotsen. Praat daarom ook niet tegen een hond die aan het werk is.
- Geef geen eten aan de hond.
- Blijft de klant of gast met assistentiehond langer in je bedrijf, vraag dan of je de hond een bak water mag aanbieden.